Wie heeft de televisie uitgevonden?

Wie heeft de televisie uitgevonden?

De televisie of kortweg TV lijkt zo normaal. Je zet ’m aan en er komt beeld en geluid. Maar ooit bestond er helemaal geen TV, en moest iemand het bedenken. Eigenlijk was er niet één uitvinder. Verschillende slimme koppen werkten in de jaren 20 en 30 van de vorige eeuw aan apparaten die bewegend beeld konden tonen. Je zou dus kunnen zeggen dat de televisie een soort groepsproject was. Namen zoals John Logie Baird uit Schotland en Philo Farnsworth uit Amerika worden vaak genoemd als de pioniers.

Hoe de eerste televisie eruitzag

De eerste televisie had weinig weg van de strakke flatscreens die we nu kennen. Denk eerder aan een houten kast met een klein rond schermpje. Het beeld was zwart-wit en vaak wazig. Toch vonden mensen het destijds magisch: bewegende beelden rechtstreeks je huiskamer in! In 1926 liet John Logie Baird in Londen zijn eerste werkende TV zien.

Het was een simpel systeem met draaiende schijven en lampjes, maar het werkte. Vanaf dat moment ging de ontwikkeling razendsnel, want iedereen wilde die “toverdoos” beter en scherper maken.

De strijd om wie de TV bedacht

Rond de uitvinding van de televisie ontstond er flink wat gedoe. Philo Farnsworth, een jonge Amerikaanse uitvinder, had al op 14-jarige leeftijd het idee van een elektrische TV in zijn schoolschrift staan. Later werkte hij dat uit tot een echt werkend systeem. Maar grote bedrijven zoals RCA claimden dat zíj de televisie hadden ontwikkeld.

Het liep zelfs uit op rechtszaken. Uiteindelijk kreeg Farnsworth zijn gelijk: hij had een van de belangrijkste onderdelen, de “image dissector”, zelf bedacht. Zo zie je: zelfs geniale uitvindingen gaan gepaard met ruzies en ego’s.

Hoe kon de televisie zo snel populair worden?

Stel je voor: tot de jaren 30 kenden mensen alleen radio. Je hoorde stemmen en muziek, maar je zag niks. Toen de televisie kwam, veranderde alles. Plots kon je zien hoe een zanger eruitzag, of hoe een sportwedstrijd echt verliep. Dat was spectaculair! De TV werd daarom snel populair. Vooral na de Tweede Wereldoorlog kwamen er steeds meer toestellen in de huiskamers.

Het werd hét familie-moment: samen voor de buis. Eigenlijk was de televisie een soort TikTok of YouTube van vroeger, maar dan op een groot, log apparaat.

De eerste TV's in Nederland

In Nederland begon het televisie-avontuur wat later. Pas in 1951 werd de eerste officiële TV-uitzending uitgezonden door de KRO. Slechts een handjevol mensen had toen een toestel, vaak rijke gezinnen of cafés waar buren mochten meekijken. Het was echt bijzonder, want livebeelden op de buis waren een nieuw fenomeen. Het Journaal, sportwedstrijden en kinderprogramma’s werden al snel favoriet.

Voor veel jongeren nu klinkt het misschien saai, maar toen was TV magisch: je zag de wereld in je eigen woonkamer verschijnen.

Wanneer kwamen de eerste TV reclames in Nederland?

De allereerste TV-reclames in Nederland verschenen op 2 januari 1967, uitgezonden door de STER (Stichting Ether Reclame). Voor die tijd bestond er wel radio-reclame, maar televisie bleef reclamevrij” De eerste spotjes waren kort en vaak nogal braaf, bijvoorbeeld voor koffiemelk of zeep. Toch maakten ze veel indruk, want voor kijkers was het nieuw om producten via de TV aangeprezen te zien. Vanaf dat moment werd reclame een vast onderdeel van de Nederlandse televisie-ervaring.

Leuk feitje: Al vanaf het begin werden TV reclames ingekocht door mediabureaus zoals Mediamax dat tegenwoordig doet. Een mediabureau presenteert haar klanten alle opties om te adverteren en geeft vervolgens een objectief advies waar het reclamebudget het beste kan worden ingezet.

Hoe televisie veranderde door de jaren heen

Televisie bleef zich ontwikkelen. In de jaren 60 kwam kleur, waardoor programma’s veel levendiger werden. Later in de jaren 80 en 90 kwamen afstandsbedieningen, videorecorders en kabel-TV. Het leek wel of de televisie steeds slimmer en groter werd. En eerlijk: mensen konden zich hun leven bijna niet meer zonder voorstellen. Je had maar een paar zenders, dus iedereen keek vaak naar hetzelfde. Daardoor werden TV-momenten echte gespreksonderwerpen op school of werk. Of je nou wilde of niet, televisie was hét middelpunt van de huiskamer.

Misschien heb je bij opa of oma nog zo’n ouderwetse “beeldbuis-TV” gezien. Dat waren grote, logge kasten. In de jaren 2000 werden die vervangen door platte schermen. Eerst LCD, toen LED en nu zelfs OLED. Televisies zijn tegenwoordig niet alleen dun, maar ook slim. Je kunt er internet op gebruiken, Netflix kijken en zelfs gamen zonder console. Het voelt bijna alsof je computer en TV in één apparaat hebt. Grappig idee eigenlijk: wat ooit begon met een draaiende schijf en wazig beeld is nu een hypermoderne smart-TV.

Televisie in de toekomst

Veel jongeren kijken tegenwoordig minder naar traditionele televisie. Ze pakken sneller hun telefoon voor YouTube, TikTok of streamingdiensten. Toch betekent dat niet dat TV verdwijnt. Het verandert gewoon. Grote live-events zoals voetbal, Songfestival of nieuwsuitzendingen blijven mensen samenbrengen voor de buis. En met technieken als 8K en interactieve functies blijft de televisie vernieuwen.

Misschien lijkt de TV van de toekomst meer op een hologram of een wand die je hele muur bedekt. Eén ding is zeker: de uitvinding van televisie blijft een van de meest invloedrijke ooit.